Installateurs en partners
0
Sluiten
    Laadpaal Outlet - Woensdag 29 Maart 2022

    Vergoeding VAA in Belgie

    Berekening VAA Bedrijfswagens

    Wanneer een werkgever een bedrijfswagen voor persoonlijk gebruik ter beschikking stelt van zijn werknemer of bedrijfsleider, ontstaat er een belastbaar voordeel van alle aard (VAA) in hoofde van de verkrijger.

    Dit voordeel van alle aard is aan bedrijfsvoorheffing onderworpen. De waarde van het voordeel wordt toegevoegd aan het bedrag van de bezoldigingen en onderworpen aan de gewone schalen der bedrijfsvoorheffing.

    In principe zijn voordelen van alle aard belastbaar voor hun werkelijke waarde bij de verkrijger. Voor bepaalde soorten wordt de waarde echter forfaitair bepaald. Dit is onder meer het geval voor de terbeschikkingstelling van bepaalde types van bedrijfswagens.

     

    Werknemers of bedrijfsleiders met een elektrische auto die door een werkgever of bedrijf ter beschikking wordt gesteld, krijgen vaak een vergoeding voor de elektriciteit die zij thuis gebruiken om hun auto op te laden. Wanneer een tankkaart wordt gebruikt bij auto’s die op fossiele brandstoffen rijden of wanneer de terugbetaling van thuis verbruikte elektriciteit is opgenomen in de car policy van de werkgever of de onderneming, vormt de terugbetaling geen voordeel van alle aard. Dit is de verklaring van de minister van Financiën.

    “Vooreerst moet ik verduidelijken dat een terugbetaling van elektriciteitskosten door de werkgever, zelfs al is dat principe in de car policy opgenomen, geen onderdeel uitmaakt van het forfaitair geraamde voordeel van alle aard van de ter beschikking gestelde bedrijfswagen, maar een apart voordeel is”, verklaarde federaal Minister van Financiën, Vincent Van Peteghem, in de commissie Financiën. “Het gaat hier immers niet om verstrekking van elektriciteit door de werkgever, maar wel om terugbetaling.”

    De minister legt uit: “Precies om de vergroening van het wagenpark niet te ontmoedigen, heb ik in antwoord op de aangehaalde vraag reeds beslist een afwijking op dat basisprincipe voor het thuis opladen toe te staan, weliswaar onder bepaalde voorwaarden, die natuurlijk moeten toelaten eventuele misbruiken uit te sluiten.”

    De voorwaarden in kwestie :

    • het thuislaadstation moet beschikken over een specifiek communicatiesysteem dat de gebruikte hoeveelheid elektriciteit aan de werkgever doorgeeft
    • en de werkgever moet is verantwoordelijk voor de installatie van een oplaadpunt bij de werknemer thuis.

    “Het kan namelijk niet de bedoeling zijn dat oplaadbeurten voor een ander privévoertuig ook door de werkgever ten laste worden genomen zonder dat dat aanleiding geeft tot het belasten van een bijkomend voordeel van alle aard”, voegt Vincent Van Peteghem toe. “De werkgever moet er dus over waken dat hij uitsluitend in de terugbetaling voorziet met betrekking tot het verbruik van de ter beschikking gestelde bedrijfswagens. Hij moet dus een zicht krijgen op het verbruik. Daarom is er de vereiste van een specifiek communicatiesysteem. Er kan ook worden aanvaard dat een andere vorm van communicatie wordt gebruikt, voor zover die verifieerbaar is. Een tussenteller behoort daarbij tot de mogelijkheden.”

    Wanneer een werkgever in het voorliggende geval een tussenteller bij zijn werknemer laat plaatsen en de kosten daarvan ten laste neemt, vormt dat bij hem in principe aftrekbare beroepskosten, op voorwaarde dat het belastbare voordeel van alle aard met betrekking tot de ter beschikking gestelde bedrijfswagen op een individuele fiche op naam van de werknemer wordt opgenomen.

    Een omzendbrief ter verduidelijking is in voorbereiding, aldus de minister van Financiën.

     

    Ter herinnering: de berekeningsformules

    De formules

    • Diesel:

    Catalogusprijs x [5,5 + ((CO2 – 75) x 0,1)] % x 6/7 x leeftijdscoëfficiënt van het voertuig

    • Benzine, full hybrid, fake hybrids, LPG en CNG :

    Catalogusprijs x [5,5 + ((CO2-91) x 0,1)] % x 6/7 x leeftijdscoëfficiënt van het voertuig

    • Elektrisch/waterstof & ‘echte’ plug-in hybrides (diesel en benzine):

    Catalogusprijs x 4 % x 6/7 x leeftijdscoëfficiënt van het voertuig

    NEDC, WLTP … welke CO2-waarde kiezen voor de berekening van het VAA (en de aftrekbaarheid)

    Welke catalogusprijs?

    De catalogusprijs is prijs van het voertuig dat als nieuw aan een particulier wordt verkocht, inclusief opties en daadwerkelijk betaalde BTW. Er wordt geen rekening gehouden met kortingen, reducties of gratis opties.

    Welke leeftijdscoëfficiënt?

    *Iedere begonnen maand telt als een volledige maand

    Voorbeelden om de impact te meten

    1. Dieselwagen – Catalogusprijs: 30.000 euro (incl BTW en opties, zonder kortingen) ingeschreven in januari 2021 en een CO2-uitstoot van 99 gram. In 2021 is de leeftijdscoëfficiënt dus 1. In 2022 zal die 0,94 zijn.

    Het VAA in 2021:
    30.000 x [5,5 + ((99 – 84) x 0,1)] % x 6/7 x 1 = 1.800,00 €/jaar

    Het VAA in 2022:
    30.000 x [5,5 + ((99 – 75) x 0,1)] % x 6/7 x 0,94 = 1.909,54 €/jaar

    In dit voorbeeld is de verhoging van ongeveer 6%, ondanks de leeftijdscoëfficient

    Voor dezelfde dieselauto die in 2022 nieuw is aangeschaft, is het VAA :

    30.000 x [5,5 + ((99 – 75) x 0,1)] % x 6/7 x 1 = 2.031,43 €/jaar

    Dat is 13% meer dan voor dezelfde nieuwe dieselauto in 2021.

    2. Nemen we een ander voorbeeld van een benzinewagen die 30.000 euro kost (inclusief BTW en opties, exclusief kortingen) en die in januari 2021 is ingeschreven en 120 gram CO2 uitstoot. In 2021 is de leeftijdscoëfficiënt dus 1 en in 2022 zal deze 0,94 zijn.

    Het VAA in 2021:
    30.000 x [5,5 + ((120-102) x 0,1)] % x 6/7 x 1 = 1.877,14 €/jaar

    Het VAA in 2022:
    30.000 x [5,5 + ((120-91) x 0,1)] % x 6/7 x 0,94 = 2.030,4 €/jaar

    Dit voorbeeld toont een stijging van meer dan 8% ondanks de leeftijdscoëfficiënt.

    Voor dezelfde benzinewagen die in 2022 nieuw is gekocht, is het VAA :

    30.000 x [5,5 + ((120-91) x 0,1)] % x 6/7 x 1 = 2.160 €/jaar

    Dat is 15% meer dan voor dezelfde nieuwe benzinewagen in 2020.

    Voor elektrische auto’s verandert er niets, aangezien er bij de berekening van het VAA geen rekening wordt gehouden met de CO2-referentiewaardenc. Alleen de leeftijdscoëfficiënt verandert het bedrag van het VAA. Bovendien gaat het naar beneden.

    Welke verworpen uitgaven voor de werkgever?

    • De werknemer betaalt zelf de brandstof voor zijn privé verplaatsingen:
      • Verworpen uitgaven: 17%
    • De werkgever komt tussen in de brandstof voor privé verplaatsingen:
      • Verworpen uitgaven: 40%

    News & updates

    Recente artikelen

    Vergelijk 0

    Voeg nog een product toe (max. 5)

    Start vergelijking

    Wij slaan cookies op om onze website te verbeteren. Is dat akkoord? JaNeeMeer over cookies »